Jan Weynsz
(Omstr 1400-Vóór 1463)
N.N.
(Omstr 1405-)
Jacob Jan Wenssen (Weijnsz)
(Omstr 1435-Na 1492)
N.N.
(Omstr 1440-)
Anthonia Jacob Jan Wenssen
(Omstr 1465-1551)

 

Gezin

Partners/kinderen:
1. Aert Hendricksz van Zwijndrecht

Anthonia Jacob Jan Wenssen

  • Geboren: Omstr 1465
  • Huwelijk (1): Aert Hendricksz van Zwijndrecht omstreeks 1485 in Dordrecht
  • Overleden: 11 Okt 1551, Dordrecht ongeveer 86 jaar oud
Afbeelding

opsommingsteken  Algemene notities:

Aert Hendricksz. was houtkoopman in Dordrecht en behoorde tot de bestuurlijke elite van die stad. Hij vervulde binnen het stadsbestuur de functies van raad (1509/10, 1513/14), schepen (1517/18, 1521/22, 1525/26, 1529/30, 1533/34) en burgemeester (1533/34). Om het jaar werd de helft van het gerecht van Dordrecht vernieuwd, zodat raden, schepenen en burgemeesters steeds slechts twee jaar dienden en vervolgens twee jaar niet.
In 1533 "opten 28 dach in Septembri wordt die helft vander Gerechte t'Dordrecht vernyeuwet", met als oudste schepen "Aert Heynricxoen, sterf, kwam in (zijn) plaets 28 September 1534 Willem van Drenckwaerde, Bouwensz".
Uit de vererving van een Dordtse lijfrente in 1535 zou afgeleid kunnen worden dat Aert Hendricksz. een zoon kan zijn geweest van Hendrick Hendricksz. in Boergoengen, inwoner van Dordrecht (1487/88).
"Hein in Burgoenghen" wordt in de dijkkavelingen van de oude Riederwaard genoemd als opvolger of nazaat (voor een kwart) van Roelof Jansz. Cranendonck. Wellicht was hij getrouwd met een dochter van deze Roelof Jansz. Cranendonck.
Aert Hendricksz. had belangen in Hendrik Ido Ambacht en West-Barendrcht, zodat herkomst van zijn voorgeslacht uit de contreien van de Zwijndrechtse Waard aannemelijk is. In de Navorscher van 1913 wordt Aerts kleinzoon "Mr. Adriaen Wenssen (van Swyndrecht)" genoemd. Ook het wapen met de drie ketelhaken wijst op een herkomst uit die omgeving.
In 1514 werd het al jaren slepende conflict tussen het graafschap Holland en de stad Dordrecht over de betaling van een bede op de spits gedreven. Dordrecht beriep zich op oude rechten volgens welke de stad niet bij hoefde te dragen aan de bede. Bij het verzamelen van de gegevens in heel Holland, de "Informacie" noodzakelijk om de bede te kunnen heffen, weigerde Dordrecht daarom iedere medewerking. Het bleek zelfs noodzakelijk een viertal gijzelaars te nemen: burgemeester Jacob Oem, schepen Pieter Schaert en de burgers Aert Hendrickszoon en Jan Willemszoon. (lit. Jan van Herwaarden e.a., 1996, Geschiedenis van Dordrecht, blz. 239)
Anthonia werd in 1545, 1548 en 1551 vermeld als Toontje Jacob Jan Wenssendr., weduwe van Aert Hendricksz., koopman.

Bronnen: 13-8-1482: 'Alsoe zekere twyst ende gheschylle gheweest tusschen Sijmon Jansz. an die een sijde ende Willem Henr(ick)sz. ende Aert Henr(ick)sz, ghebroeders met dat dair die stock cleve mach ter ande(re) sijde. Ende alsoe sij lange teghens malcanderen te recht gegaen hebben soe hebben sij hiet tusschen sprecken van enigh an beijde sijden ghesubmittert ende over gegeven qn vier goede mannen genaempt Sijmon Jans an Rijgaert Florijs ende an Herbaren Boon.
Ende Willem Henr(ick)sz. ende Aert Henr(ick)sz. ghebroeders an meester Gerrit van Voern doer waerd(e) mijns ghenad(ige) he(re)n ende an Dirck Jansz. van Driell.
Te weten dat Willem ende Aert voorsz. quijtscelden Sijmon Jans. voors. hoere oom van allen erfr(e)cht ende bruijckweer van lant als Sijmon teghenwoerdich besit ende ghebruijct.
1487: vermeld onder de hoofdgelden van Dordrecht, in het kwartier tussen Tollebrug en Wijnbrug: 'Henrick in burgoen(gen) staat op IJ 1/2 pond; cort jairlicx an lant XI st.IIIJ d'.
1488: vermeld onder de hoofdgelden van Dordrecht: 'Ith. noch ontfh. van Henrick Henricxz. in Burgoen(gen) van korsmis anno LXXXVIJ: I lb VIIJ st.'.
15-4-1505: Aert Heyndricx, voogd van Heijdrick, onmondige zoon van Claes Buijs Heijnrickszoen.
26-5-1512: Aert Heynricxz. 'is gereijst vander stede wege den XXVIen meij tot Bruyssel'.
1513: vermeld onder de ontvangsten van geleende penning 'geleent bijden poorteren hijernae gescreven': Aert Henricxz. IJ pnd (grot)en.
15-3-1513: Aert Heijnricxz. calengierde de koop van 5 morgen lands die Herber inden Kivit Jansz. binnen het jaar verkocht heeft aan Jan Prs. gelegen in Henrickijden ambocht, genoemd den Kivit.
17-3-1514: Aert Heijnricksz. calengierde opnieuw de 5 mogen in Henrickijden ambocht genaam den Kivit.
4-5-1518: Jan Ockers en Aert Heijnricksz. onze mede schepen calengierden het jaargeding dat meester Willem Luef heeft betreffendeeen rente op een huis en erf in Dordrecht.
1527: 'noch beth(ael)t Aert Heijnricxz. van twaleff merck hout'.
5-6-1527: Aernt Heynricksz. belend aan buitendijks land in West-Barendrecht.
12-2-1528: Aert Henricksz.,'onsen ouden rade', genoemd als eenvan de toeziende voogden van Kathelijn Aertdochter, weduwe van Pieter Pietersz.; voogden zijn Cornelis Aertsz. en Matheeus Dircks van Heeraertsberch.
1529: vermeld onder 'Oncost van hout...": 'Noch bethaelt Aert Heijnrickz van vier mercken (...) Noch Aert Heij(n)ricxz voors. beth(aelt) van negendalff hondert en vier vuet plancken.'
1535: onder de lijftochten: 'Heynrick in Burgoen(gen), nu Aert Heynricxz. wedue I lb. X st.' en Ariaenken Aert Heynrickxz.docht(e)r X st.'
1542: de weduwe van Aert Henricxz., wonende tot Dordrecht, verkoopt aan de grafelijkheid een rente van 191 lb.
22-9-1544: Beatris Jansdr.poorteresse tot Dordrecht, impetrante, contra Thoentgen weduwe en boedelhoudster van wijlen Aernt Heynricxz., mede poorteresse tot Dordrecht.
24-8-1545: Joost Jansz., poorter der stede van Dordrecht, belijdt dat hij verkocht heeft aan Teuntje Jacob Jan Wenssendr., weduwe van (Aert) Hendricksz.: 10 mogen land gelegen in het Oudeland van Mijnsheerenland, in een weer houdende tesamen 20 morgen, gemeen voet onder voet met de erfgenamen van Albert Pijnsen en Margriet Pieter Jans' weduwe met haar kinderen; belend ten O: de Oostwater molenvliet, ten Z: de Heerweg, ten W: de kerk en H.Geest van Mijnsheerenland, ten N: de gemenelandswatering.
11-10-1548: land in het Oudeland van Mijnsheerenland omtrent de Oostwatermolen aldaer, in een blok of weer land houdende tesamen 20 morgen, gemeen voet onder voet met Grietje Pieters' weduwe, de erfgenamen van Teuntje Jacob Jan Wensendr., weduwe van Aert Hendricksz., en Tielman Oom Danielsz.; belend ten O: de Oostwatermolenvliet, ten Z: de weg, ten W: Huich Andriesz. van Dordrecht, ten N: de gemenelandsavelingen.
29-5-1551: land in het Oudeland van Mijnsheerenland omtrent de Oostwatermolen aldaar, in een blok van 20 morgen, gemeen voet onder voet met de kinderen van Toontje Jacob Jan Wenssendr., weduwe van Aert Hendriksz. koopman, Aert Danielsz., en de erfgenamen van Adriaen Willemsz. den Hofman, wijlen geechte man
van Marijke Margrietendr.; belend ten O: de Oostwatermolenvliet, ten Z: de weg, ten W: Huich Andriesz. uit Dordrecht, ten N: de gemenelands avelingen van Mijnsheerenland.
(Ons Voorgeslacht nr.488, december 1997).


Afbeelding

Anthonia trouwde met Aert Hendricksz van Zwijndrecht, zoon van Hendrick Hendricks in Burgoengen en N.N., omstreeks 1485 in Dordrecht. (Aert Hendricksz van Zwijndrecht werd geboren omstreeks 1460 in Dordrecht en overleed vóór 28 Sep 1534 in Dordrecht.)




Startpagina | Inhoudsopgave | Achternamen | Naamlijst

Deze webpagina werd gemaakt op 10 Mei 2024 met Legacy 9.0 van MyHeritage; inhoud copyright en onderhouden door aprins@hotmail.com