Adam (Daem) van Lockhorst
- Geboren: Omstr 1210
- Huwelijk (1): Ida van Hammerstein
- Overleden: Na 1253
Algemene notities:
Ridder, in 1247 gesteld onder voogdij van zijnen oom Jan, die zich de Lockhorster goederen toeeigent, doch 22 Feb 1253 wordt genoodzaakt het grootste deel dezer goederen terug te geven, bij uitspraak van bisschop Hendrik van Vianden te Utrecht, die in den scheidbrief Adam een zoon van Adamszoon van Lockhorst noemt en afstammeling van den fundator van het oorspronkelijk klooster op de Heiligenberg. Adam krijgt bij dien uitspraak toegewezen den tienden ten westen van de Eem, en de gerechten van Emelaer, Soest, 't Woud en Scherpenzeel. Zijn oom Jan, de tienden ten oosten van de Eem en het gerecht Coelhorst. Bron: De Nederlandse Adel (1, pag. 165). Beleend met Lockhorst, Eminclaer enz. door Hendrik Abt van St. Paulus. Heer van Lockhorst. Emelaer (Eminclaer), Heeze, Soest, Scherpenzeel, enz. stond onder de voogd van zijn oom Johan van Lockhorst die hem zijn leengoederen betwistte, de strijd hierover werd bijgelegd door Bisschop Hendrik van Vianden 22 februari 1253 waarbij Adam van Lockhorst in het bezit werd gesteld van zijne erfgoederen: Lockhorst, Emelaer, Soest, Heeze, Scherpenzeel, ens. en de tienden ten Westen van de Eem. Zijn oom Jan van Lockhorst verkreeg de tienden ten Oosten van de Eem en het gerecht van Coelhorst. Bron: Bijdrage tot de geschiedenis der Utrechtse ridderhofsteden (GB 1909). Heinricus Dei gratia Trajectensis episcopus universis praesentia visuris Salutem in Domino. Noverit universitas vestra, quod cum inter Johannem di Lochorst militem ex una parte et Adam consanguineum suum de Lochorst ex altera longo tempore super terris possessionibus, et aliis rebus diversis, orta fuisset materia quaestionis, tandem consanguineorum et amicorum utriusque interveniente consilio in hunc modum amicabiliter conquievit. Comparentibus itaque dictis militibus amicabiliter coram nobis dictus Johannes renunciavit pure et simpliciter pro se et suis heredibus ad opus ipsius Adae militis et heredum suorum areae et curti in Lochorst czlm omnibus szcis attinentiis et bonis in Lusdzcn quae tenentur in feudum ab ecclesia Trajectensi et decimae in Orientali parte Emae, et jurisdictioni in Hese, et in Sose et in EmmincIare et omnibus juris dictionibus ibidem ad curtim in EmmincIar spertantibus, et jurisdictioni in Scarpensele cum omnibus jurisdictionibus ibidem attinentibus, et decimae in Woude, quae tenetur ab episcopo Trajectensi in feudum. Dictus vero Adam contulit in feudum curtim in Colhurst cum omnibus attinentiis liberis dicti Johannis et heredibus eorum ab eo et suis heredibus sine exactione, quae vulgariter Heergewade appellatur, optinendum. Si quod etiam damnum aut gravamen dicti liberi Johannis aut eorum decessores per ipsius vel suorum successorum negligentiam ant malitiam forsan incurrerint, et hoc ipsis cum omni integritate refundent. Dictus ctiam Adam contulit dicto Johanni centum libras ‘l’rajectcnses pecuniae numeratae, et . . . . ad aestimationem, quinquaginta sex librarum. Dictus etiam ADAM renuntiavit pure et sinpliciter pro se et suis successoribus ad opus dicti Johannis et suorum hercdum jurisclictioni et dccimae in Orientali parte Emae, pro quibus persolvent dicti Johannis ct sui liberi quindecim solidos singulis annis in Coena Domini pro annuo censu Abbati ecclesiac Sancti Pauli. Acts sunt haec prescntibus H. Abbate S. Pauli, Praeposito Tilensi, W. Dccano Sancti Salvatoris, Goswino Rothen, BODEKINO DE DRILE THEODRICO HARLEWIJN, THOMA DE CATTENBROECK, RICOLDO DE COLHURST hominibus dicti Abbatis, GISELBERTO DE GOYE, ERNESTO DE WULVEN, militibus. In cuius testimonium praesentem literam sigillo nostro, net non sigillo Dn. E. Tilensis Pracposito, W. Decani sancti Salvatoris, ERNESTI WULVEN, GISELBERTI DE GOYE, eis dedimus communitatam. Datum anno Domino CIC. CC. L tertio in die cathedrae beati Petri.. Zie ook aantekeningen bij neef Jan van Lockhorst (kasteel Coelhorst).Verleid met de Lockhorster goederen door den ambt van St. Paulus 1235. Bron: De Nederlandse Adel (1, pag. 165). Door den Abt van St. Paulus en Bisschop Otto werd hij Miles genoemd, 1246. Hij overleed voor zijn vader (Bron: Bijdrage tot de geschiedenis der Utrechtse ridderhofsteden (GB 1909). Lockhorst Ligging De ridderhofstad Lockhorst lag ten oosten van de Heiligenbergerbeek in de gemeente Leusden. Lockhorst lag ten zuiden van de buitenplaats Heiligenberg Ontstaan Lockhorst wordt voor het eerst genoemd in 1254. Geschiedenis De grond waar later het kasteel op werd gebouwd, maakte in de Karolingische tijd deel uit van de koninklijke domeinen, waartoe toen een groot gedeelte van Eemland behoorde. In 777 schonk Karel de Grote dit grondgebied aan de kerk van St. Maarten te Utrecht. In de loop der tijden werden veel van deze domeinen door de bisschop in leen uitgegeven of weggeschonken. Lockhorst kwam op deze manier in het bezit van de St. paulusabdij te Utrecht. Deze Benedictijner abdij werd in 998 door bisschop Ansfried op de Heiligenberg gesticht, maar werd al in 1054 naar Utrecht verplaatst. Lockhorst wordt voor het eerst genoemd in 1254, als 'curtis' (=hof). Het was toen zoals gezegd eigendom van de St. Paulusabdij te Utrecht en werd samen met het dagelijks gerecht in leen gehouden door Adam van Lockhorst. Behalve de hof en heerlijkheid Lockhorst bezaten de Van Lockhorsten goederen te Leusden, de tienden in Eemnes, Eembrugge en het Woud (een deel van Woudenberg), en de lagere jurisdictie te Soest, Hees, Emmeklaar en Scherpenzeel. Door huwelijk kreeg de familie Van Lockhorst in de 14e eeuw de heerlijkheid Sliedrecht in haar bezit. De familie verhuisde in de tweede helft van de 15e eeuw naar Leiden, waar ze het kapitale huis Lockhorst bewoonde en een prominente rol in de stadspolitiek speelde. In 1511 verkreeg de familie bovendien door erfenis het kasteel Oud-Teilingen bij Warmond. Op dit kasteel, dat later de naam Lockhorst kreeg, zou de familie zich vestigen. Daarnaast bezat ze vanaf 1578 de ridderhofstad Lievendaal in Amerongen. Nadat de familie Van Lockhorst met de dood van de Spaansgezinde Vincent van Lockhorst in 1595 in mannelijke lijn was uitgestorven, vererfde Lockhorst respectievelijk op de Hollandse adellijke families Van Arkel, Van Mathenesse en vervolgens op Van Beyeren Schagen. Over de oorspronkelijke status en vorm van Lockhorst bestaat de nodige onduidelijkheid. In de eerste vermeldingen van het kasteel, in 1254, wordt het in de leenakten telkens aangeduid als 'curtis', waaronder we een hof kunnen verstaan, die mogelijk ter plaatse van het huidige huis moet worden gezocht. Het middeleeuwse versterkte huis zal men moeten situeren op een rond eiland met een middellijn van bijna 40 m op de rechteroever van de Heiligerberger- of Lunterse Beek en direct ten noordoosten van het tegenwoordige landhuis. Het verhoogde terrein wordt omgeven door een sterk verlande gracht, die werd gevoed door de Heiligenbergerbeek. In 1507 verpachtte Herman van Lockhorst, deken van de kerk van Oudmunster, 'syn erve ende bouwynge tot Lochorst' voor 16 jaar aan Aelbert Wouters. Aelbert zou terzijde worden gestaan door een tuinman, die moest zorgen voor de 'willigen, pappelioenen (populieren), eyken, eeschen, elsen, appelen, peren, prumen ofte kersen' op het terrein. Hieruit kunnen we afleiden dat de Van Lockhorsten niet meer op Lockhorst resideerden. De aanwezigheid van een tuinman wijst er daarentegen wel op dat het goed niet geheel in de agrarische sfeer was opgegaan en dat met een tijdelijk verblijf door de familie rekening werd gehouden. Om die reden zal Lockhorst in 1536 toch kunnen hebben behoord tot de eerste groep huizen die door de Staten van Utrecht als ridderhofstad werden erkend. Het heeft schijnbaar nog aan alle voorwaarden voor erkenning voldaan. Blijkens een schatting uit 1641 werd de ridderhofstad in dat jaar getaxeerd op 5.000 gulden, terwijl de landerijen op 10.500 gulden werden getaxeerd. Verder behoorde tot het goed nog ongeveer 125 morgen heetveld (heide), gelegen rondom Lockhorst. Dat Lockhorst slechts op een bedrag van 5.000 gulden werd getaxeerd, is ongetwijfeld een aanwijzing dat op dat moment waarschijnlijk het huis allang was verdwenen. Bewoners 1254 Adam van Lockhorst familie Van Lockhorst 1507 Herman van Lockhorst - 1595 Vincent van Lockhorst familie Van Arkel
Adam trouwde met Ida van Hammerstein. (Ida van Hammerstein werd geboren omstreeks 1210.)
|