Johanna Maria Zweerman
- Geboren: 29 Sep 1879, Amsterdam
- Huwelijk (1): Marinus Martinus Ligtermoet op 29 Jul 1937 in Amsterdam
Johanna was ook bekend als Marie of Annie.
Algemene notities:
Johanna Maria Zweerman is "Was en Strijkster" en heeft vanaf 1934 een Was en Strijkinrichting te Amsterdam. In 1934 begint zij voor zichzelf te werken in de St. Jorisstraat te Amsterdam. In de periode 1970 verschijnen er een aantal artikelen over haar werk, de foto bij het artikel geeft goed aan hoe primitief alles in zijn werk ging.
Onderstaand enige intervieuws
--------------------------
Voor het eerst sedert zestig jaar heeft mevrouw Zweerman een week lang niet kunnen werken. Niet dat ze ziek was of nu eindelijk eens een keer op vakantie ging. Maar het was haar onmogelijk in haar werkplaatsje, waar ze nu al 37 jaar overhemden strijkt, aan de slag te gaan. Want haar klanten hedden haar niet vergeten ter gelegenheid van dit unieke jubileum.
= Het is niet te geloven, = vertelt de 74-jarige = overal bloemen en planten. Ik kon ze alleen nog maar op mijn strijktafels neerzetten... ja, ze zijn me nog niet vergeten. =
Het is een hele drukte geweest in de rustige St. Jorisstraat, in het centrum van Amsterdam, vlakbij de bloemenmarkt aan de Singel. Vele vaders en zonen, vooral van de goede stand, hebben de afgelopen 60 jaar hun overhemden bij mevrouw Zweerman laten wassen en strijken. Eindelijk konden zij iets terug doen voor al die jaren trouwe dienst. = Ik heb het altijd vreselijk druk gehad. Maar de laatste tijd is het veel minder geworden. Ik heb nu nog maar drie klanten = En met een blik vol weemoed kijkt ze naar de bijna lege drooglijnen achter in haar werkplaats. = De meeste heren dragen tegenwoordig zelfstrijkende overhemden. Slechts voor bepaalde gelegenheden komen ze bij mij. = En een beetje trots: = Ik was nog op de ouderwetse manier met zeepvlokken. Bovendien stijf ik de hemden. Dat kan ook bijna niemand meer.= Er is in de loop der jaren maar weinig veranderd in haar winkeltje. In plaats van de oude strijkijzers die op een speciale kachel verwarmd werden, heeft zij nu een elektrisch strijkijzer. En ze heeft een radio, die altijd aanstaat als ze aan het werk is. Want mevrouw Zweerman is dol op muziek.
= Onder het werk zing ik altijd, dat houd je vrolijk en jong. Ik ben dan wel 74 jaar maar voel me geenszins oud. = Over ophouden met werken wil ze helemaal niet praten. = Ik stoppen ? Waarom ? Die paar klanten die ik nu nog heb kan ik makkelijk helpen. Stel je voor dat ik niets meer om handen zou hebben. Ik kan het me gewoon niet voorstellen. Nu sta ik 's morgens om zeven uur op en zet de radio meteen aan om naar het nieuws te luisteren. Want ik wil altijd graag weten wat er in de wereld gebeurt. Ik heb mijn huishouden, doe boodschappen en strijk hemden, zo ben ik aldoor bezig. Daarom ben ik ook nooit op vakantie geweest. Gewoon geen tijd voor.= En die tijd zal zij zich voorlopig ook niet gunnen. = Nieuwe klanten neem ik ook niet meer aan. Maart deze laatste drie die ik nog heb kan ik toch niet gaan vertellen dat ik er mee stop. Waar zouden ze naar toe moeten met hun hemden ? Ze kunnen nergens meer terecht voor dit werk.
--------------------------
STRIJKEND DOOR HET LEVEN
door Theo Detiger
Amsterdam, donderdag
"Prima handwerk" staat er op de etalageruit van de was en strijkinrichting aan de St. Jorisstraat, waar de 73-jarige Johanna Zweerman haar 60 jarig jubileum als Fijnstrijkster vierde. Dat de strijkster veel tevreden klanten heeft blijkt uit de enorme bloemenhulde, die in haar strijklokaal prijkt. "Ik kan niets beginnen metal die bloemen om mijn strijktafel", zegt mevrouw Zweerman, "daarom houd ik deze week maar vakantie, ik maak er gewoon een hele jubileum week van."
Als meisje van dertien kreeg Johanna haar eerste betrekking als strijkster in een was- en strijkinrichting, waar hour ouders en xzuster werkte. De jubilaresse kan zich nog goed herinneren hoe zij toen met haar matrozenpakje aan onderweg stoep op stoep af danste van blijdschap om haar eerste baantje. Hoewel zij al een half jaar thuis in het huishouden hielp, wist zij niets van strijken. Want moeder kon zelf zo prachtig strijken dat ze dat werkje niet aan haar dochter overliet.
Het eerste half jaar moest Johanna voor niets werken, zoals toen de gewoonte was. Dat kon financieel maar net in het gezin van zeven kinderen waar niet veel gemist kon worden. Vader Zwwerman drukte zijn jonge dochter dan ook goed op het hart er rekening mee te houden, dat zij, als ze er eenmaal aan begon, nooit meer uit dit vak zou komen.
Maar Johanna kreeg direct al zoveel plezier in het choogelen met overhemden, waarvan de vouwmaten tot op de centimater moesten kloppen, dat zij nooit meer iets anders wilde. " Ik kon toen nog niet eens bij de strijktafel. Ik stond op een blok," zegt de tengere strijkster. Maar omdat ik mijn handen goed kon roeren, had ik altijd nogal wat praats, ook al ben ik klein," aldus de in de Jordaan geboren Johanna Zweerman.
ZINGEN
Al gauw kreeg ze de blouses, japonnen en overhemden, die ze streek per stuk betaald. En toen ze 37 jaar was, begon ze voor zichzelf. Met een paar meisjes, die ze in dienst had streek ze van toen af aan in de St. Jorisstraat 4 vrolijk de dag en soms ook nog de nacht vol. "Ik heb altijd veel gezongen onder mijn werk en ik doe het nog. Dat zingen houdt je jong," zegt ze. "Strijken is altijd mijn hobby geweest." Een andere hobby van het strijkvrouwtje is klaverjassen, wat zij dolgraag doet met een paar vriendinnen, "Ik doe de was helemaal met de hand," zegt mevrouw zweerman, die nog heel lang een strijkkachel heeft gebruikt om haar verschillende bouten te verwarmen. "Ik heb geen centrifuge niets. En ik heb nog nooit met synthetische middelen gewassen, maar altijd met originele zeepvlokken."
Haar klanten van vroeger waren vooral gasten van de grote Amsterdamse hotels, zoals De Doelen en Hotel L'Europe, winkeliers, die hun peperdure, iets vuil geworden overhemden "als nieuw" lieten wassen strijken om ze alsnog te kunnen verkopen, en geestelijken, die hun witte geplisserde en met kant versierde toga,s bij haar lieten reinigen en opstrijken. "dat hele fijne werk zien de mensen er tegenwoordig niet meer aan af", zegt de jubilerende strijkster, die met drie a vier klanten die ze nu nog heeft, nauwelijks voor halve dagen werk heeft.
DOOPJURK
De mooiste herinnering uit haar strijkcarriere heeft mevrouw Zweerman aan een erfstuk van de familie De Hoop-Scheffer, een 200 jaar oude doopjurk, die men speciaal uit Indonesie op stuurde om gereed te laten maken voor een aanstaande doopplechtigheid. Een glaasje drank, overgebleven van de jubileumreceptie, valt per ongeluk over mevrouw Zweerman's rok. Ze zegt prompt: "De was is er goed voor".
Onderstaand artikel is opgetekend door hun nicht Jacoba Elisabeth Preiss.
---------------------------------------
Ome Rinus en tante Annie trouwden in augustus 1937, een tophit van toen was "In negentien drie zeven toen kon je wat beleven", toen kwam de Jamboree naar Nederland" enz. De vader van tante Annie zong op die dag Jan Boeree, Jan Boeree. Mijn broer Louis was voor zijn nummer in dienst en was gelegerd in Naarden, op die dag kwam hij op de fiets aan. Tanta Annie had twee zusters, de jongste (Mien) daarvan was niet groot en had een bochel. Als tante Annie het zei dan klonk dat als Miejn. Nu was het erg warm op de dag dat Ome Rinus en tante Annie trouwden, de hele strijkerij was uitgeruimd en versierd met crepepapier. Miejn had met haar rug tegen het rode crepepapier gezeten. Tante Neeltje Ligtermoet stoot mijn moeder aan en zei "kijk eens Bep het bultje bloedt".
In de eerste oorlogsdagen van mei 1940 was er veel luchtalarm, later kon je om die dingen die toen gezegd of gedaan waren lachen. Op een van die dagen was er weer luchtalarm geweest en mijn moeder ging kijken hoe het met Rinus en Annie was. De deur van de strijkerij was niet op slot, mijn moeder gaat naar binnen maar zag niemand. Toen ging heel voorzichtig de deur van de kast onder de trap open en daar zaten ze met hun tweeen met ieder een pan op hun hoofd voor eventuele granaatscherven. Ze hadden het veilig signaal niet gehoord.
Tante Annie bedoelde het goed, maar het kwam nog wel eens verkeerd over. Op een dag, het was in de oorlog, was ik niet lekker. Ik had last van mijn buik en had overgegeven. Tante Annie die dat van mijn moeder hoorde kwam op visite en had voor mij drie in de pan gebakken. Ze ging er goed voor zitten hoe ik dat opat.
Toen het na de oorlog mode werdt dat op een verjaardag kaas en worst gepresenteerd werdt had tante Annie vergeten de velletjes van de worst te halen. Mijn moeder en tante Neel hebben de velletjes toen aan de slinger van de koffiemolen gehangen, wat door tante Annie niet erg gewaardeerd werdt.
Het huis waarin zij woonden was in de St Jorisstraat nr. 4 en valt nu onder monumentenzorg. In de tijd dat het gebouwt is werd was het gebruikelijk dat hoe hoger je kwam het balken plafond steeds lager was dan de etage daarvoor. Ze woonden op de 1e verdieping en sliepen op de 2e waar ook het enigste toilet was van het hele huis. Ome Rinus die nogal lang van stuk was stootte elke keer zijn hoofd als hij naar het toilet ging. Volgens zijn zoon Rinus hangen de vloeken die hij daarbij ten beste gaf nog in die kamer.
---------------------------------------
Vermeldenswaardige gegevens:
• Beroep: strijkster.
Johanna trouwde met Marinus Martinus Ligtermoet, zoon van Nicolaas (Klaas) Ligtermoet en Jacoba Elisabeth (Kossie van Bettemeui) van Zanten, op 29 Jul 1937 in Amsterdam. (Marinus Martinus Ligtermoet werd geboren op 19 Aug 1878 in Beusichem en overleed op 5 Sep 1960.)
|